DEEL I

TITEL V: UITOEFENING VAN DE BEVOEGDHEDEN VAN DE UNIE

HOOFDSTUK I: GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN

ARTIKEL I-35: Handelingen, niet zijnde wetgevingshandelingen

1. De Europese Raad stelt in de bij de Grondwet bepaalde gevallen Europese besluiten vast.

2. Europese verordeningen en besluiten worden vastgesteld door de Raad en de Commissie, met name in de in de artikelen I-36 en I-37 bepaalde gevallen, alsmede door de Europese Centrale Bank in de bij de Grondwet bepaalde specifieke gevallen.

3. De Raad stelt aanbevelingen vast. De Raad besluit op voorstel van de Commissie in alle gevallen waarin bij de Grondwet is bepaald dat hij handelingen op voorstel van de Commissie vaststelt. De Raad besluit met eenparigheid van stemmen op de gebieden waarop handelingen van de Unie met eenparigheid van stemmen moeten worden vastgesteld. De Commissie, alsmede de Europese Centrale Bank in de bij de Grondwet bepaalde specifieke gevallen, stellen aanbevelingen vast.