DEEL III: BELEID EN WERKING VAN DE UNIE

TITEL VII: GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN

ARTIKEL III-430

De leden van de instellingen van de Unie, de leden van de comités, alsmede de ambtenaren en personeelsleden van de Unie zijn gehouden, zelfs na neerlegging van hun functie, de inlichtingen die naar hun aard onder de geheimhoudingsplicht vallen, met name de inlichtingen betreffende de ondernemingen en hun handelsbetrekkingen of de bestanddelen van hun kostprijzen, niet openbaar te maken.