Tactisch stemmen

Nu kan het

[document-ikoon]Het Franse "non" maakt dat Nederland kan stemmen zonder het risico te lopen om als gekke henkie van Europa te kijk te staan. We zouden onze stem nu kunnen gebruiken om de discussie in Europa in een bepaalde richting te sturen. Wat zijn de perspectieven?

De Europese Unie ligt tijdelijk uitgeteld in de hoek nu de Franse motor het heeft begeven. De regeringsleiders gaan op 16 juni de nieuwe situatie bespreken. Als enige in Europa krijgen vóór die tijd de Nederlanders de kans zich uit te spreken. Onze stem kan daardoor een aanzet geven voor de discussie over hoe het nu verder moet.

Gevolgen van een "ja"

Met een Nederlands "ja" zou Frankrijk de komende maanden geïsoleerd zijn staan in Europa. De eerste reële kans dat een ander land in een referendum de grondwet afwijst, doet zich immers pas in september voor, wanneer de Denen over de grondwet stemmen. De Luxemburgers zullen in juli waarschijnlijk instemmen met het grondwettelijk verdrag.

Een geïsoleerd Frankrijk, geleid door een president met een uitgeholde binnenlandse positie, zal niet in staat zijn om een sterke vuist te maken in de onderhandelingen over de Europese meerjarenbegroting. Een Franse blokkade tegen de verlaging van de Nederlandse bijdrage zal genegeerd kunnen worden.

Daarnaast zal er in de komende zomer veel worden nagedacht over de toekomst van Europa. De landen die de grondwet al wél hebben aanvaard, en die bij elkaar ongeveer de helft van de Europese bevolking vertegenwoordigen, zullen niet veel voelen voor ingrijpende wijzigingen in de grondwet. Zij zullen waarschijnlijk aandringen op het voortzetten van het ratificatieproces, en op een nieuw referendum in Frankrijk. Dat zou volgend jaar gehouden kunnen worden; de EU heeft dan een jaar de tijd om iets te verzinnen om de Franse kiezers tegemoet te komen. Een extra protocol over het sociale Europa, bijvoorbeeld. Al te vergaand hoeft die concessie niet te zijn: een belangrijke reden voor de Fransen om tegen te stemmen was om premier Raffarin een lesje te leren. Zoals het er nu naar uitziet is Raffarin volgend jaar vertrokken.

Gevolgen van een "nee"

Als ook Nederland "nee" zegt tegen de grondwet, zijn de inwoners van twee belangrijke landen om uiteenlopende redenen tegen. Dan is er geen sprake meer van alleen binnenlands-politieke motieven in één land, maar is er duidelijk iets mis met de grondwet én met de manier waarop de EU zich ontwikkelt.

Weliswaar hebben andere landen zich al uitgesproken vóór de grondwet, maar op Spanje na zijn daar alleen de parlementen aan het woord geweest, en niet de kiezers.

Rekening houdend met de verwachting dat ook Groot-Brittannië de grondwet in een referendum af zal wijzen, is dan duidelijk dat het nu voorliggende verdrag niet op de steun van de bevolking kan rekenen en dus dood is. Er is dan alle gelegenheid voor herbezinning.

We laten dan wel de kans schieten om de Fransen een tik op de vingers te geven, bijvoorbeeld voor hun eeuwige pogingen noodlijdende (Franse) bedrijven overeind te houden met concurrentievervalsende staatssteun. Of voor hun onvermogen zich aan afspraken te houden: zie het stabiliteitspact.

Frankrijk zou dan weer volop mee kunnen praten in Europa, hetgeen gezien de omvang van het land en de rol in het verleden niet onwenselijk is.

Aangezien de peilingen erop wijzen dat Nederland op 1 juni daadwerkelijk "nee" zal zeggen tegen de grondwet, doen we hier maar vast enkele voorstellen voor een ander bestel.

Basisverdrag

De situatie biedt de mogelijkheid om te pleiten voor een nieuw en veel soberder basisverdrag: korter en begrijpelijker. Zonder al die gedetailleerde beleidsartikelen waarover de afgelopen maanden is gediscussieerd. Je mist dan de bundeling van de bestaande verdragen, maar dat is iets waar de doorsnee burger niet wakker van zal liggen. Schrijf een helder document dat vastlegt waar de Unie voor staat, met de waarden waar landen die willen toetreden zich in zullen moeten kunnen vinden, en waar vooral de huidige burgers zich in kunnen vinden. Vermijd te allen tijde het woord 'grondwet'.

Een minder gedetailleerd verdrag voorkomt ook de dreigende juridisering van de Unie. Nu al worden artikelen in de grondwet verschillend uitgelegd. Dat voorkom je met een kort en helder verdrag.

Ook kan de Unie verdergaand worden gedemocratiseerd. Onder de tegenstemmers is vrijwel niemand te vinden die er bezwaar tegen zal hebben dat het Europarlement individuele commissarissen naar huis moet kunnen sturen en dat het zelf initiatief moet kunnen nemen tot wetsvoorstellen. Als een meerderheid van de nationale parlementen vindt dat de EU zich ergens niet mee bezig moet houden, dan moet de EU dat ook niet doen.

Er zou ook kunnen worden nagedacht over een minder dwingend samenwerkingsverband, vooral op de niet-economische terreinen. Liberaliseer de dienstensector en laat de interne markt verder zoals ze is, die functioneert goed, en voorkom de nu dreigende verplichte marktwerking in publieke sectoren. Schep ruimte voor het 'Europa van verschillende snelheden'. Als enkele landen bijvoorbeeld hun sociale stelsels onderling willen harmoniseren, dan moeten ze dat kunnen doen. Als een ander land niet mee wil doen, zou dat gerespecteerd moeten worden.

Schrap de nu voorgestelde president van de Europese Raad; zo'n figuur is nergens voor nodig. Handhaaf de geplande minister van Buitenlandse Zaken: die is handig als de rest van de wereld "Europa wil bellen". Laat hem samenwerken met de roulerende voorzitter van de Raad.

Een sterker Europa in de wereld is ook goed mogelijk zonder de grondwet. Sinds Maastricht (1991), Amsterdam (1997) en Nice (2000) wordt al nauwer samengewerkt op de gebieden buitenlandse zaken en defensie. Alle landen, ook de grote, beseffen nu al dat Europa alleen eensgezind een vuist kan maken. Het moet goed mogelijk zijn om samenwerking vast te leggen.

Reacties op dit artikel.