DEEL III: BELEID EN WERKING VAN DE UNIE

TITEL III: INTERN BELEID EN OPTREDEN

HOOFDSTUK III: BELEID OP ANDERE GEBIEDEN

AFDELING 3: ECONOMISCHE, SOCIALE EN TERRITORIALE SAMENHANG

ARTIKEL III-221

De lidstaten voeren en coördineren hun economisch beleid mede met het oog op het verwezenlijken van de doelstellingen van artikel III-220. Bij de vaststelling en de uitvoering van het beleid en van de maatregelen van de Unie en bij de totstandbrenging van de interne markt wordt rekening gehouden met en bijgedragen tot verwezenlijking van deze doelstellingen. De Unie ondersteunt deze verwezenlijking tevens door haar optreden via de structuurfondsen (Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de landbouw, afdeling Oriëntatie, Europees Sociaal Fonds, Europees Fonds voor regionale ontwikkeling), de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten.

De Commissie brengt om de drie jaar aan het Europees Parlement, aan de Raad, aan het Comité van de Regio's en aan het Economisch en Sociaal Comité verslag uit over de vooruitgang die is geboekt bij de verwezenlijking van de economische, sociale en territoriale samenhang, alsmede over de wijze waarop de diverse in dit artikel bedoelde middelen daartoe hebben bijgedragen. Dit verslag gaat in voorkomend geval vergezeld van passende voorstellen.

Bij Europese wet of kaderwet kunnen specifieke maatregelen buiten de fondsen om worden vastgesteld, onverminderd de maatregelen die in het kader van ander beleid van de Unie worden vastgesteld. De Europese wet of kaderwet wordt na raadpleging van het Comité van de Regio's en van het Economisch en Sociaal Comité vastgesteld.